De geslacht herkenning en manier van voortplanten

Een mannetjes varken (beer) herken je om te kijken of hij testikels heeft. Later kun je verschil ook zien aan de grootte, een beer is namelijk groter dan een zeug.

Het vrouwtjesvarken heet een zeug en het mannetjesvarken heet en beer. Een zeug is met ongeveer zeven maanden fok rijp. Daarna is de zeug eens in de drie weken vruchtbaar of in de varkensterm bronstig of berig. Ze kan dan gedekt worden door een beer. Met de paring zijn de beer en zeug zeker wel een halfuur bezig. Als de bevruchting gelukt is, werpt ze naar 115 dagen of te wel 3 maanden 3 weken en 3 dagen 10 tot 12 biggetjes. De meeste beren worden snel daarna al gecastreerd (ongeveer na 2/3 weken). Naar ongeveer 2 maanden verlaten alle biggen hun moeder weer: het zogenoemde spenen.

Het mannetjesvarken heet een beer, een beer in met ongeveer 8 maanden fok rijp. Naast de natuurlijke dekking bestaat er ook Kunstmatige Inseminatie ook wel afgekort KI. Als een zeug berig is wordt de inseminator gebeld. Dat is iemand die werkt bij een station voor Kunstmatige Inseminatie. Op zo’n KI-bedrijf worden beren gehouden, die hele goede eigenschappen vererven. Het zaad (sperma) van deze dieren wordt opgevangen en bewaard in rietjes. Als een zeug berig is komt de inseminator langs om zo’n dier te bevruchten met het zaad van het mannetjesdier. De draagtijd van de zeug is dan gewoon het zelfde als met de natuurlijke bevruchting 115 dagen of te wel 3 maanden 3 weken en 3 dagen. Er worden gemiddeld met inseminatie meer biggen geproduceerd als dat het natuurlijk gaat.

 

 

 

 

 

 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb